Technologieaandelen kregen deze week een flinke klap te verduren, wat vragen doet rijzen over de vraag of het enthousiasme van beleggers voor kunstmatige intelligentie (AI) begint af te nemen. De Nasdaq Composite Index, een belangrijke barometer van de technologiesector, kelderde met 3% – de sterkste daling sinds april 2019, toen president Trump zijn controversiële tariefplan onthulde.
Om de zorgen nog verder te vergroten, kregen leidende spelers in de AI-ruimte enkele van de zwaarste klappen te verduren. Palantir Technologies zag zijn aandelenkoers met maar liefst 11% dalen, Oracle daalde met 9% en zelfs Nvidia, een titan op het gebied van grafische verwerkingseenheden die essentieel zijn voor de ontwikkeling van AI, verloor 7% van zijn waarde. Deze dalingen kwamen met name ondanks recente winstrapporten van technologiegiganten Meta en Microsoft die signaleerden dat ze aanhoudende, aanzienlijke investeringen in AI zouden doen. Beide bedrijven rapporteerden een daling van ongeveer 4%.
“De waarderingen zijn te hoog”, legt Jack Ablin, chief investment officer bij Cresset Capital, uit aan de Wall Street Journal. “Slechts het kleinste beetje slecht nieuws wordt overdreven… en goed nieuws is gewoon niet genoeg om de naald te bewegen, omdat de verwachtingen al behoorlijk hooggespannen zijn.”
Terwijl economische tegenwind zoals de aanhoudende sluiting van de overheid, het afnemende consumentenvertrouwen en wijdverbreide ontslagen ongetwijfeld hebben bijgedragen aan de bredere marktdaling, duidt de disproportionele daling van de technologiezware Nasdaq op een specifieke afkoeling van AI-gerelateerde investeringen. De minder technologieafhankelijke S&P 500 en Dow Jones Industrial Average kenden een bescheidener daling van respectievelijk 1,6% en 1,2%.
De volatiliteit van deze week roept de vraag op: is de wittebroodswekenfase voor AI op Wall Street ten einde?
